Wat tot voor kort doorging voor het ‘Kleine Rode Plein van Antwerpen’ is deskundig leeggebezemd. Voor ‘van de vrachtwagen gevallen’ en dus heel goedkope ‘produkty’ kan je niet meer terecht op het Falconplein. Om de verwaarloosde en verloederde buurt nieuw leven in te blazen, lanceren (stedelijke en buurt-)organisaties uiteenlopende projecten.

De eerste editie van het Havenfilmfestival, dat plaatsvond op 27, 28 en 29 februari 2004, is daar één van. Het schipperskwartier was ooit befaamd als fotogeniek filmdecor. Organisator Het Stadsmagazijn sprak bolwerkproduKtie aan voor een ‘audiovisuele installatie’, met de haven als thema. Het Havenfilmfestival bood een gevarieerde filmprogrammatie - met films en documentaires waar de (al dan niet Antwerpse) haven een essentieel onderdeel van uitmaakte – en een gezellig randanimatieprogramma – à la zeemanskoor met gratis frieten en garnaalkroketten. bolwerkproduKtie maakte van een krantenkiosk op het Falconplein, die al jaren niet meer in gebruik is – een rechthoekig gebouwtje met plat dak, 3 ramen met rolluiken ervoor en een gesloten deur – een peepshow in de onware zin van het woord en doopte het tot Kaap de Goede Koop.

Wie in de buurt van de kiosk kwam, hoorde een klankband van gekreun, gehijg, gepiep, gelach en sprekende zinsneden als ‘als je je niet concentreert, lukt het niet’ – kortom: geluiden die we met sex en pornografie associëren. Dichterbij – door 2 piepgaten aan weerszijden van de kiosk – zag zij/hij een montage van ‘banale acties’: iemand die een trap oploopt, die haar laarzen uitschopt, die niet bij een boek kan op een hoge plank, enz. Door het derde piepgat zag zij/hij zichzelf met een fluo (porno)ster voor het gezicht: de lens van een bewakingscamera piepte door een gaatje, ditmaal vanuit een nestkastje in de dichtstbijzijnde boom.

Kaap De Goede Koop was de eerste bolwerkproduKtie in de publieke ruimte. Om teleurstellingen te voorkomen, hadden we rekening gehouden met doemscenario’s: dat de bewakingscamera in een mum van tijd gestolen zou zijn of dat er in de kiosk ingebroken zou worden – bijvoorbeeld. Tot onze blije verbazing bleef de installatie intact.

Of toch bijna. De eerste nacht al trok een boze buurman de stekker uit en zette daarmee het hele festival zonder elektriciteit. De tweede nacht belde een politieman ons op om te laten weten dat hij net – op vraag van een boze buurman – de stekker had uitgetrokken! Dat hij ons belde nadat ie de installatie had lamgelegd in plaats van ervoor, is natuurlijk absurd en toont aan hoe elke dialoog bij voorbaat uitgesloten was. Uit het telefoongesprek bleek ook duidelijk dat zowel de buurman als de politieman ervan uitgingen dat het om vunzigheid ging – dat ze niet eens de moeite hadden genomen om van dichterbij te kijken.

In een radioprogramma op Radio Centraal suggereerde de presentatrice dat het Havenfilmfestival de lokale (lees: ietwat marginale) bevolking niet bereikte. Niet zo voor Kaap De Goede Koop. Met de klankband trok de installatie de aandacht. Haast niemand ging er achteloos aan voorbij en wie eenmaal door zo’n gaatje had gepiept, liep met een brede glimlach verder.

 

FALCON PLEIN _ANTWERPEN

i.s.m. Havenfilmfestival , Stadsmagazijn